Breng een pan water met wat zout aan de kook. Snijd de courgettes in 4 cm dikke plakken en stort deze in het borrelende water. Kook ze in circa 10 minuten gaar, met het deksel op de pan. Stort ze in een vergiet en laat ze afkoelen.
Verhit 3 eetlepels olijfolie in een koekenpan en bak de ui en de lente-uitjes tot ze glazig zijn. Voeg het knoflook toe en haal de pan van het vuur zodra het mengsel gaat geuren.
Knijp zoveel mogelijk vocht uit de courgettes en doe deze over in een grote kom. Voeg de gebakken ui en knoflook toe en roer alles goed door.
Rooster het brood, snijd de korst eraf (deze wordt niet gebruikt). Verpulver het geroosterde brood en maal het tot kruim in de keukenmachine. Voeg de kruimels aan het courgettemengsel toe samen met de eieren, feta en de geraspte graviera of Parmezaanse kaas.
Roer er de oregano door en voeg peper en zout naar smaak toe. Kneed alles tot een homogeen mengsel. Voeg wat bloem toe als het te nat dreigt te worden.
Schep een volle lepel uit het courgettemengsel. Rol er een bal van en plat deze af tot een schijf. Maak op deze manier een aantal beignets.
Haal de beignets door bloem en schud overtollige bloem eraf. Verhit de rest van de olijfolie in een grote koekenpan met anti-aanbaklaag. Bak de beignets bruin in de hete olie. Bak ze zo nodig in gedeelten en keer ze één of twee keer om tijdens het frituren. Schep de knapperige beignets uit de pan en laat ze uitdruipen op een dubbele laag keukenpapier.
Leg ze voor het opdienen op een voorverwarmde schaal en garneer ze met citroenpartjes.